Zaterdag 11 sept’21
De eerste van 2 bergritten, het zijn de laatste loodjes voor maandag mijn Camino afloopt. Aan een oude Romeinse brug in Hospital de Orbigo, maak ik de eerste stop. Prachtig weer, niet te warm, belangrijk om de beklimming naar Foncebadon niet in de hitte te moeten doen. De beklimming langs alsmaar smaller wordende wegen verliep vlot. Alle dorpen onderweg zoals El Ganso, Rabanal en Foncebadon leven uitsluitend van de caminotrafiek. Valt die weg, dan worden dat binnen de kortste keren spookdorpen. De refugio’s, de cafeetjes en de restaurantjes zijn de enige bewoonde huizen, verder niets. Maar de stroom pelgrims droogt niet op, de helft van de Spanjaarden overweegt de Camino (deels) te doen. Ook bij de overige Europese inboorlingen blijft er interesse, uzelf leest deze verslagen toch ook.. De nieuwe Europeanen zie je niet, allicht geen tijd of interesse in deze primitieve activiteit.
Na Astorga, volgde het hoogste punt van de hele Camino, bovenop de berg nog een berg stenen met een ijzeren kruis erop geplant. De stenen werden over 100den jaren door pelgrims van heinde en ver meegebracht om ze hier achter te laten. Symbolisch bevatten de keien alle zorgen waarmee de pelgrim en zijn familie te maken hebben. Er is nog veel miserie in Europa als je naar de berg kijkt. Tegelijk is het de meest symbolische plek van de hele camino, er heerst een bijzondere stilte, pelgrims en bedevaarders komen hier vermoeid boven, leggen in stilte hun ei…grote steen of stenen, want meestal gaf iedereen van de familie iets mee. Verlicht, lett.&fig., beginnen de bedevaarders dan een hele lange én gevaarlijke afdaling, helemaal tot in Ponferrada. Het was genieten van de beklimming, zowel als van de afdaling! Er was de zon wat gedimd door wolken, een warme wind en vergezichten die we in ons land niet hebben.
De dagspreuk uit het stempelboekje, is vandaag van Sören Kierkegaard. Hij is de filosoof die zei dat ’Het leven kan alleen achterwaarts begrepen worden, maar het moet voorwaarts worden geleefd.’ Evenzo voor de camino, je rijdt hem voorwaarts —natuurlijk-, maar pas achteraf zie je de schoonheid. Het feit dat ik (en An in de volgwagen) samen met Dieter, Jeroen en Jan, hier overal reeds langsfietste, maakt het genieten nu dubbel. Een tweede keer zie je meer, maar toch is het weer anders. Zoals je nooit tweemaal in dezelfde rivier kan stappen, het nieuw aangevoerde water maakt de rivier voortdurend anders.
Rivieren waren er niet en als alle dagen liepen als vandaag, dan had ik niet zo op de mesetawind gevloekt, cfr Kierkegaard, als je alles vooraf wist…
De lahim khinzir-vraag is er voor de Arabieren, maar ook voor de Joden: waarom eten die mensen geen varkensvlees? In de dagelijkse hamvragen kon er ééntje over de hesp zelf toch niet ontbreken, akkoord? Wel omdat varkensvlees, vnl. het rauwe, de ziekte trichinosis kan veroorzaken. Oorzaak is een kleine worm, Trichinella spiralis, die vroeger veel werd aangetroffen in varkensvlees. Goed bakken is de oplossing, maar het zijn vooral de slachthuiscontroles die vandaag de dag het besmet vlees eruit halen.
+119 onder de Spaanse Sol! Morgen begint meteen met de laatste grote klim, naar de Cebreiro. Nog een hoogtepunt ! of ?
Nog effe alles checken voor de fietsdag begint. Een beetje fris ‘s ochtends, maar dat doet zelfs deugd. Later op de dag wordt het ong. 28°, ideaal dus voor fietsers.
Hospital de Orbigo, bekend omwille van zijn brug.
Angelo uit Brescia, ook hij moest in 2020 deze tocht uitstellen wgs de ophokplicht.
Achteraan rechts ligt Astorga.
Eén vd mooiste plekjes op de hele Camino, dit uitkijkpunt.
Astorga, naast de kathedraal staat..
... het paleis van Gaudi in Astorga. Deze architect ontwierp meestal gebouwen in Catalonië. Dit hier in buurland Spanje ;-), is dus een uitzondering,
Bijna boven op Cruz de Fiero, deze onwaarschijnlijke vergezichten. Het was alsof ik heel Spanje kon zien, terwijl ’Don’tlet the sun go down on you’ in mijn oortjes speelde, het lijflied van Dieter. Toch moest ik hier eerder aan Jan denken. In 2011, hij - een jaar of halftwaalf - reed toen per fiets met mij mee deze berg op.
Zijn oudere broers waren een beetje vooruit, wij twee wat achter. Ik ging stempels halen in een café maar vond meteen daarna Jan niet meer, hij leek door de bossen te zijn opgeslokt. Het was het post-Dutroux tijdperk. Ik beleefde doodsangsten. Als je als vader een kind (letterlijk) verliest in een vreemde omgeving ook al is’t maar even, dan heb je meteen naast een paniekaanval, ook een enorm schuldgevoel. Nergens was Jan te bespeuren, tot bleek dat hij al boven bij de broers mij aan het opwachten was. Hij had gewoon enorm snel de laatste 2 km beklommen…terwijl ik bijna dood ging van angst.
Cruz de fiero, achteraan zie je een berg stenen, in feite betreft het een hoop achtergelaten zorgen. Het dorpje Foncebadon ligt wat lager en stond bekend als ‘hondendorp’. Elke dag was er een Hond bijt Man-aflevering, maar nu niet meer sinds ook in Spanje honden worden gecastreerd. In het land waar nog stierengevechten worden gehouden en dierenrechten onbestaande zijn, is dat een hele vooruitgang.
Het ijzeren kruis bovenop deze eeuwenoude mast, bovenop een hoop miseriestenen, bovenop een heuvel, bovenop een berg..
Ponferrada met prachtig kasteel in ‘t centrum.
Ponferrada, mooi dus maar niet echt een pelgrimstopplaats.
Nu het einde voor ons twee, An en ik, in zicht komt…het eind vd reis welteverstaan, niet dat ons graf al gaapt… denken wij met weemoed aan vroeger, m.i.b. aan de eerste Camino, met 4 fietsen en ons 5 per auto naar StJean Pied de Port. Heel braaf zijn onze jongens ons dan per fiets gevolgd, elk volgens eigen godsvrucht en vermogen, elk haalde zijn compostelaat. Alleen An werd dat document geweigerd (te weinig stempels in haar boekje..) ondanks dat zij voor onze Camino het meeste moeite deed: o.a. bezemwagen ( voor wie aan’t eind van zijn vermogen of zijn godsvrucht zat ) , volgwagenbestuurder, kok, verzorger, mental coach, veiligheidscoördinator (dat vooral!) etc, etc, etc..
Deze tocht kwam er o.a. om die weigering goed te maken. Hopelijk krijgt zij er deze keer wel één zoals op volgende foto..
Zijn er behalve René uit Wemmel, nog lezers die dit compostelaat hebben behaald? Gewoon uit interesse, mogen die zich noniem of anoniem melden. Met voorbarige dank..